Wat moet / wat mag

of ik het gewicht van mijn lichaam
achter mijn woorden wil leggen

ik heb geen lichaam zegt iemand
op een terras
alleen op gezette tijden
bij het poetsen van tanden
bij het eten van brood
ik verlies mijn lichaam zoals mij geleerd is
wanneer de situatie erom vraagt

ik heb geen lichaam zegt iemand
die een pak draagt op televisie
ik heb het alleen als ik me
alleen voel
ik heb een lichaam in bed
met een geliefde
en mijn goede figuur 
op dit moment
ben ik slechts een groot pratend hoofd
maar bij jou
bij de huisarts een lichaam
in de sportschool een lichaam
ja in de sportschool
en het ziekenhuis

een ander zegt ik heb geen lichaam
gemiddeld genomen heb ik geen lichaam meer nodig
ik heb het niet meer gezien
sinds ik in dit appartement woon
maar ik zag eens bij een optocht
een man weggesleurd worden
van sinterklaas

.

wie kunnen we doden?
hoe weten we wie we kunnen doden
zonder de verlichting?

is dit bv het gezicht van mijn broer
of van een ander?
zag mijn broer mij wellicht aan voor een ander?
weet de ander wel wie ik ben?

hoe dan ook
het is donker en ik eet hem op
in het donker
als het niet zo donker was
zou ik hem niet opeten
maar begraven

.

voor een beetje gemeenschap
zijn we tot veel bereid

dien je te haten
dan zal je haten
dien je de ander af te zweren
dan zal je de ander afzweren
dien je lief te hebben
dan zal je liefhebben
maar wie moet je liefhebben?
wie moet je haten?

ik wil het vergeten
ik denk dat ze zeer jong zijn
kijk daar lopen ze de heuvel op
in spijkerbroek
wellicht een broertje
of een kind van iemand
misschien wel van mij
niet altijd zijn ze vreemdeling geweest
maar om misverstanden te voorkomen
kennen we ze maar beter niet