“Inderdaad, ieder van jullie krijgt te veel,” antwoord de Kraai geduldig, “Niemand krijgt immers te weinig; veel is het tegenovergestelde van weinig en op diezelfde manier staat iedereen tegenover niemand. Krijgt niemand te weinig, dan krijgt iedereen dus te veel.” Nog is hij niet uitgesproken of de drie paren kauwtjes tuimelen door de lucht van vreugde.