Of neem ik er negen…

Zeg me wanneer je je huis verliet, Luc,
Zeg me hoe de reis was, met wie je zeilde,
Zeg me welke dromen je had ingepakt,
Zeg me de temperatuur, de wind, het licht.

 

Mag ik er eentje van je?

 

Zeg me de hoogte van de golven, Luc,
Zeg me de diepte van de golven,
Zeg me hun letterlijke betekenis
En zeg me hun natuurlijke herkomst, of andersom.

 

Drie? Jij wint, ik wil er minstens drie!

 

Mijn dochters gaat het goed, Luc, dank je,
Ik wil hen dagelijks verrassen met moois en lekkers.
Die ene zoon van je is trouwens echt een reus,
Een raadsel wat die hier heeft gegeten!

 

Weet je, maak er vier of vijf of zes van, ik heb trek…

 

Nee, zeg me liever niet hoe je je sauzen maakt
En zeg me niet waar je je auto hebt geparkeerd
En zeg me niet of je je huis mist, Luc,
Je bent de beste Vietnamees.

 

>