Sonnet I

wat je zegt ben je niet zelf – dus zeg
ik liever niks – ik weet ook wel dat ik
met woorden geen paarlemoer inleg –
jouw schubben – mijn tastzin, schat ik,

hoeft je niet eens aan te raken wil je
mij wederkerig raken – klinkt simpel,
zeker – zodra onze polen aanstaan stil je
elkaars leegte – liefde met een wimpel

die wappert in de holte van ons heelal
spreek je dezelfde taal – een esperanto
voor twee zielen die elkaar oppoken

of – bij uitval – meesleuren in hun val
in de hogere registers een bel canto,
in de lagere: trainerende hersenspoken